De videoref: wat de NBA beter doet dan het Belgisch voetbal (met meer middelen)

© REUTERS
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Nieuw dit seizoen in de Jupiler Pro League: de videoref. Die is fel gecontesteerd, in tegenstelling tot in de NBA.

Al sinds het seizoen 2002/03 kunnen refs in de NBA herhalingen raadplegen om na te gaan of een speler de bal bij een shotpoging net niet of wel voor het einde van een wedstrijd gelost heeft. Sindsdien werd dat uitgebreid tot vijftien zogenaamde instant replay triggers: flagrante fouten, gevechten tussen spelers, discussie over een twee- of driepunter, of een speler buiten het terrein stond, wie het laatst een bal heeft geraakt…

Bij twijfel herbekeken de scheidsrechters de situatie op een tv langs de zijlijn, in overleg met de tv-regisseur. Het juiste camerastandpunt zoeken was echter vaak tijdrovend. Ook de communicatie met de regisseur, zeker als die het spel niet goed aanvoelde, verliep soms stroef.

Daarom besloot de NBA in 2014 twaalf miljoen euro te investeren in een gloednieuw Replay Center in New Jersey. Een centrale plaats dus – geen aparte busjes voor elke match, zoals in de Jupiler Pro League. Dat Replay Center is uitgerust met 94 (!) high definition tv-schermen waarop van elke aan de gang zijnde NBA-match alle camerastandpunten te zien zijn – op één mozaïekscherm (met zoomfunctie) tot zelfs negen verschillende camerahoeken.

Die beelden worden vanuit elk van de 29 NBA-arena’s via een ultrasnelle internetverbinding doorgestuurd – op een bandbreedte die in staat is om op een halfuur 158 miljoen documenten te verzenden.

Spannende match

Bij een triggersignaal van de refs, die dat zélf bepalen, selecteert een operator in het Replay Center zo snel mogelijk de beste beelden en stuurt die terug naar de zaal. Daar krijgen de spelleiders maximaal twee minuten om een replay te bekijken en een beslissing te nemen. Er is wel een overtuigend beeld nodig om een eerdere call te herroepen.

De NBA wil op termijn nog verder gaan met nieuwe technologieën.

De resultaten zijn zeer positief: de duidelijkere en vlugger aangeleverde beelden korten de beslissingstijd van de refs merkelijk in: gemiddeld zo’n 30 seconden en bij eenvoudige situaties – voet over de lijn of niet – amper 10 seconden. De NBA denkt ook aan de kijkers, want het bepalende camerastandpunt wordt telkens live in de uitzending en via Twitter getoond. Op http://official.nba.com/replay/archive/ kunnen fans later ook elke replaysituatie opnieuw bestuderen.

Een hele verbetering, maar soms kan zelfs het gesofisticeerde Replay Center geen uitsluitsel geven. Onder meer bij goaltending (de bal bij een shotpoging in dalende lijn afblokken) of bij discussie of een speler op de driepuntlijn stond of niet – vaak een kwestie van een millimeter. De NBA wil daarom op termijn nog verder gaan met nieuwe technologieën: het denkt aan een hawkeye-systeem dat via sensoren druk op de driepuntlijn meet en dat het (al dan niet dalende) traject van een bal minutieus in beeld brengt.

Maken refs, weliswaar alleen in de laatste twee minuten of in overtime, toch nog verkeerde keuzes – na al dan niet een beroep te hebben gedaan op het Replay Center – dan deelt de NBA die officieel mee in een Last Two Minute Report dat een senior referee manager na elke spannende match (minder dan vijf punten verschil) opstelt. Dat alles om de transparantie over de beslissingen van de refs te verhogen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content