Kompany, koning van de communicatie

© Belga
Peter t'Kint
Peter t'Kint Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

D-day -2 voor de Rode Duivels voor de wedstrijd tegen Brazilië en dus is het tijd voor de grote kanonnen. Bart Verhaeghe, delegatieleider van de Belgen, en Vincent Kompany, delegatieleider van de Rode Duivels, hielden hun discours. En ze zijn niet bang van Brazilië.

Het is al vaker gezegd: voor een deel van deze gouden generatie is Rusland straks een eindpunt. Vincent Kompany wilde op een indrukwekkend optreden voor de media zoveel niet hebben gezegd (‘die persoonlijke vraag omtrent mijn toekomst komt vandaag net iets te veel naar voor’), maar het is wel zo. En dan is misschien wel het thema: bepaalt het resultaat van die ene wedstrijd vrijdagavond in Kazan, het beeld dat ze achter laat? Staat of valt deze generatie met het resultaat van die ene wedstrijd?

Ja en neen. Kompany is intelligent genoeg om te weten dat dit ‘onze finale’ is. ‘A defining game’, omschreef hij het tegenover een Paraguayaanse journaliste. Het is niet dat ze hebben gefaald, mocht het straks fout aflopen, maar wel dat er nog ‘a next level’ is, mochten de Belgen erin slagen om vrijdag Brazilië uit te schakelen. Dat iedereen gelooft dat dat kan is duidelijk, ook al is op papier, zo gaf hij herhaaldelijk toe tijdens een optreden in vlekkeloos Frans, Nederlands, Engels én Duits, het verschil in individuele kwaliteiten groot. Maar voetbal is altijd de optelsom van dat talent én de toegevoegde waarde van het collectief.

Deze generatie afmeten, goud noemen (“wie is met die term eigenlijk komen aandraven?”) kan pas als ze deze wedstrijd wint. Haar finale wint. Portugal, zo vergeleek Kompany, had ook zijn gouden generatie, de vorige, die van zo’n tien, vijftien jaar geleden, maar ze won nooit wat. Dan kan je moeilijk van een gouden generatie spreken, hoorde je hem denken. Wil datzelfde voor de Belgen opgaan, dan moet Brazilië recht in de ogen worden gekeken (“dat gaan we ook doen”) en verslagen. Dan wint ze haar finale, de Belgische ploeg, en bereikt ze dat volgende niveau.

DNA trouw blijven

Tegelijk is deze wedstrijd niet bepalend. Wat deze generatie deed, is voor een ander DNA zorgen van het Belgisch voetbal. Collectief aantrekkelijk voetbal brengen, over de grond, aanvallend, dominant, veel scorend. Individueel ook de stap makend, allemaal op hun eigen manier, naar Europese topploegen en daar prijzen pakkend. ‘Dat kan je deze generatie nooit afpakken’, vond Kompany terecht, wat ook het resultaat van de wedstrijd vrijdagavond is.

Als het van de aanvoerder- al draagt hij fysiek die band niet, sinds het missen van het EK en het gros van de voorbije twee jaar interlandvoetbal- moet België ook tegen Brazilië zijn nieuwe DNA trouw blijven. Dat vond, een paar uur eerder, ook al Bart Verhaeghe. Kompany had het dan over de manier van voetballen, over de grond, niet terug plooiend, niet de counter gaan spelen, noch fysiek voetbal propageren.

Verhaeghe loofde eerder de nieuwe mentaliteit van deze Belgen, die dat kop in kas van ons land al lang hebben ingeruild voor een opgeheven blik richting wereld. Zelfbewust het hoofd durven uitsteken boven het maaiveld, een beetje de wereld veroverend. Op zijn Hollands zo u wil. En op de achtergrond loofde de delegatieleider ook de verdieping van ons voetbal, in de breedte. Van de staf, de professionalisering van de aanpak, het voorbereiden van de toekomst. Daarom wilde Verhaeghe liever ook niet dat het succes van dit tornooi werd afgemeten aan het al dan niet kloppen van Brazillië, laat staan het vergelijken van de wedstrijd tegen Argentinië. ‘Dat we, vier jaar na het vorige WK weer bij de beste acht ter wereld zijn, is al de vrucht van zeer hard werk.’

Werk dat andere naties misschien wel nalieten, vandaar hun uitschakeling. Verhaeghe: ‘Argentinië, Spanje, Portugal, allemaal landen met meer talent. Maar wij hebben harder gewerkt. En het moet nog harder, willen we er over twee jaar weer bij zijn, bij de beste acht!’

Krijgen we vrijdagavond een open wedstrijd, tussen twee ploegen wiens talent in het offensieve ligt? Wellicht niet. Kompany: ‘Brazilië verdedigt in blok, en valt ook in blok aan. Ik verwacht dat we mekaar in de eerste helft wat zullen aftasten. Zo gebeurt dat vaak in dit soort wedstrijden. Zij zullen kansen krijgen, wij ook. Maar, zonder ons aanvalsplan helemaal weg te geven, we moeten ons DNA trouw blijven. Geen kamikaze spelen, maar dat hebben we hier nog nooit gedaan, maar wel trouw aan ons spel.’

Kompany genoot, zichtbaar. Van de vragen, de belangstelling, dit tornooi, van Rusland, van deze zoveelste overwinning op zichzelf en zijn lichaam. Dat hij hier is, na al dat werk in de gym (“waar het licht uit is”), is voor hem op zich al een overwinning. Op zijn lichaam, op zijn critici. Duizend keer afgeschreven, evenveel keer plus één terug gevochten. Een kat met tientallen levens. Data-gewijs was zijn prestatie tegen Japan niet af, te veel risicoloze breedtepasses, te veel verloren duels, maar dat hij überhaupt na zo’n kalvarietocht van jaren vrijdag aan de aftrap staat in dé referentiematch van het tornooi, is op zich al een zege waard. Van Japan wilde hij niet veel meer onthouden dan de kracht die terug komen van 0-2 naar 3-2 hem gaf. Liever dat straks tegen Brazilië nog een keer, zo leek het wel, dan winning ugly met 1-0.

Af en toe nam de sierlijke voetballer in hem het over. Niet de meedogenloze verdediger die er straks zal staan tegen Gabriel Jesus en andere ploegmaats. Die krijgen hoogstens vooraf een knuffel. Niet op het veld. En misschien achteraf een troostend klopje.

Zijn zege heeft hij alvast binnen, vrijdag aan de aftrap op het brede wereldforum. De finale avant la lettre. Nu nog die van de ploeg.

En dan, het einde? Kompany: ‘Neen. Ik bereid me voor op een aantal wedstrijden. Eerst Brazilië, daarna Sint-Petersburg en daarna Moskou.’

En daarna..

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content