Lionel Messi – Mickey Mouse: 1-0

FC BARCELONA Een wedstrijd wordt een citytrip. © Getty Images

Anno 2017 bezoeken Vlaamse voetbalfans net zo vlot Old Trafford als de Freethiel, maar in Engeland wekt hun toerisme stilaan controverse op. En van de weeromstuit maken Britse supporters de oversteek naar het continent. Wat is er aan de hand?

Op zaterdagochtend kun je in de luchthaven van Charleroi het speelschema van de Premier League aflezen aan de klederdracht van de toeristen. Om 7 uur stipt vertrekt de vlucht naar Manchester, en 95 procent van de reizigers gaat voor het voetbal. De ene week willen ze het Manchester United van Marouane Fellaini zien spelen – en draagt iedereen rode shirts. De volgende week is het Manchester City van Kevin De Bruyne en Vincent Kompany aan de beurt – en kleurt Charleroi blauw. In Manchester Airport ontmoeten de Belgen supporters uit Bremen, Eindhoven, Krakau en Boedapest: Ryanair-vluchten die uitsluitend draaien om voetbal. De kosmopolitische voetbalfan is opgestaan. Vraag hem niet welke club in België dreigt te degraderen, maar de Primera División? Daar weet hij alles over. De grote competities zijn internationaal gegaan. Ze worden overal ter wereld uitgezonden, en dat spreekt tot de verbeelding: waarom naar de Freethiel tuffen als je ook naar Old Trafford, Camp Nou of San Siro kunt?

Het fenomeen van de voetbaltoerist is zo’n tien jaar oud, en zwelt gestaag aan. Elk seizoen bezoeken 800.000 buitenlanders Engeland om een wedstrijd bij te wonen; het gaat dus verre van alleen om vips. De economische meerwaarde wordt geschat op 804 miljoen euro. U kunt zo’n trip uiteraard zelf regelen: vervoer en hotel vallen vlot te boeken via het internet. Aan kaartjes raken is een ander paar mouwen. ‘Wij kennen de weg. In principe raken we in elk stadion binnen’, vertelt Wesley Swinnen, zaakvoerder van Travel2Sports, een van de vele touroperators die zich op voetbaltoerisme hebben gestort.

Travel2Sports heeft een kantoor, maar de meeste operators bestaan alleen online. Ze worden bemand door Nederlandse studenten die bij een boeking snel-snel tickets kopen en een hotel regelen. Dat loopt niet altijd goed af, en sommige sites zijn ook niet als officieel erkend. Stilaan worden ze verdrongen door professionele spelers als Thomas Cook, dat een afdeling voor sporttrips heeft opgezet.

Gemotoriseerde sporten doen het opvallend goed. Naar Singapore afreizen voor de F1 of naar Catalonië voor de MotoGP: blijkbaar bestaat daar een publiek voor. En de grote wieler-, tennis- of golfcompetities bijwonen kan natuurlijk ook. Maar Koning Voetbal is veruit het populairst. Wesley Swinnen: ‘Of de economie het nu goed doet of slecht: voetbaltoerisme blijft jaar na jaar groeien. Wie bij ons boekt, krijgt het voetbalticket plus drie overnachtingen in de buitenlandse stad. De tv-zenders bepalen wanneer de grote clubs spelen, en dat doen ze pas een paar weken op voorhand. Als je zo lang wacht om te boeken, wordt het moeilijk om aan tickets te komen – vandaar de weekendformule.’

Swinnen: ‘Onze klanten zijn meestal gezinnen met kinderen die aan een wedstrijd een mooie citytrip vasthangen. We bieden rondleidingen aan in de stadions, maar je kunt ook toeristische trekpleisters aan het programma toevoegen. De paasvakantie is onze drukste periode. Dan heeft de zoon des huizes bijvoorbeeld mogen kiezen wat hij voor zijn plechtige communie wilde: een ticket voor Disneyland of een buitenlandse topmatch? Messi wint almaar vaker van Mickey. Soms zijn voetbalreizen ook een verlengd vrijgezellenfeest of een incentive voor werknemers.’

Duur Engeland

Travel2Sports startte in 2007. De timing klopte: een nieuwe generatie Rode Duivels stond voor haar doorbraak. ‘Ons topproduct is FC Barcelona. Lionel Messi plus een stad waarnaar een geweldige citytrip te organiseren valt: die combinatie is niet te kloppen’, zegt Wesley Swinnen. ‘Maar dankzij de Rode Duivels hebben we ons actieterrein kunnen uitbreiden naar bestemmingen als Manchester, ook al zijn die toeristisch misschien niet zo spannend.’

‘De populariteit van een Rode Duivel valt perfect af te lezen aan onze boekingen’, weet Swinnen. ‘Eden Hazard (Chelsea) en Kevin De Bruyne (Manchester City) liggen het beste in de markt, en dankzij Radja Nainggolan scoort ook AS Roma goed. Dé hype van het moment is Atlético Madrid, met dank aan Yannick Carrasco. Dries Mertens is bijvoorbeeld erg in trek, maar tickets voor zijn Napoli boeken we liever wanneer die ploeg in Milaan of Rome speelt – Napels is moeilijk bereikbaar. Ik zou het liefst hebben dat hij vertrekt naar een interessante stad met goede, niet te dure hotels. München, misschien? We volgen het transfernieuws op de voet, om de gevolgen voor de zaak te kunnen inschatten.’

De prijzen? Een weekendje Real Madrid (259 euro) blijkt een stuk goedkoper dan een weekendje Manchester United (479 euro). Louter sportief valt dat niet te verklaren, het is een kwestie van vraag en aanbod. Swinnen: ‘Iedereen wil naar de Premier League, en de Engelsen redeneren: “Waarom 20 pond vragen als fans 70 pond willen betalen?” Qua prijs-kwaliteitsverhouding zijn Italië en Spanje veel interessanter. Op die tegen Barcelona na zijn alle wedstrijden van Real Madrid, met al zijn sterren, goedkoper dan gelijk welk treffen van Engelse degradatiekandidaten.’

Een tip voor de prijsbewuste voetbalfan die per se een Engels team wil zien: hou het schema van de Europese cups in de gaten. Die zijn minder in trek bij de Britten en er wordt op weekdagen gespeeld, wat voor toeristen niet altijd haalbaar is. Naar Manchester United tegen Saint-Etienne kunt u al voor 215 euro.

‘Is dit een bib?!’

In Engeland wekken voetbaltoeristen controverse op. Ze krijgen er de schuld van een fenomeen waarover elke doorgewinterde Premier League-supporter klaagt: het Engelse voetbal verliest stilaan zijn legendarische ambiance – en daarmee: zijn voornaamste verkoopargument. De televisiezenders ontkennen het, maar het gerucht gaat dat ze de beelden opleuken met versterkte gezangen. De kreet ‘Is this a library?!’, waarmee bezoekende supporters almaar vaker de ijzige stilte in een stadion hekelen, zouden ze dan weer wegfilteren. José Mourinho (Manchester United) en Arsène Wenger (Arsenal FC) zijn het normaal nergens over eens, maar beide coaches klaagden al over hun makke thuispubliek, dat hun ploegen niet vooruit weet te branden. Eind dit seizoen willen de Premier League-bazen maatregelen aankondigen.

Eén maatregel ligt voor de hand: hou de prijspolitiek tegen het licht. Arsenal, de duurste club van Engeland, vraagt voor een seizoensabonnement liefst 2013 pond (2349 euro). Een kaartje voor een belangrijke wedstrijd kost er 97 pond (113 euro). De andere toppers doen daar amper voor onder. Dagjesfans zijn voor alle clubs een interessante inkomstenbron. Ze vragen haast allemaal een rondleiding door het stadion, inclusief een uitgebreid bezoek aan de fanshop. Wie maar bij uitzondering naar zijn favoriete club kan, kijkt niet op een pond meer of minder

‘Het is geen zwart-witverhaal, en ik hoed me ervoor om de toeristen de schuld te geven, maar die dure tickets veroorzaken onmiskenbaar een kloof’, vertelt David Chidgey, voorzitter van de Chelsea Supporters Trust. ‘Voor onze arbeidersklasse, die vroeger de basis van het Engelse voetbal was, zijn ze simpelweg niet meer betaalbaar. Kinderen kunnen nog rekenen op goedkope formules, maar zodra mensen daar te oud voor worden, haken ze af. Bij Chelsea is de gemiddelde abonnee 55 jaar. Die trouwe aanhangers volgen de club al sinds de seventies, maar tien, twintig jaar geleden waren ze natuurlijk stukken luidruchtiger. Wie gaat hen opvolgen? Ik begrijp best dat Chelsea zijn commerciële belangen uitbuit – het stadion zit tóch elke keer vol. Maar als de jonge, enthousiaste Brit vervangen wordt door dagjesmensen, vrees ik dat de club met zijn toekomst speelt.’

‘Een Premier League-ploeg is een wereldwijd merk, buitenlanders hebben evenveel recht om voor Chelsea te juichen als ik’, zegt David Chidgey. ‘Wie van voetbal houdt en de tradities van de club respecteert, is welkom. Vanwaar hij ook komt.’ Maar dat er af en toe over die toeristen wordt geklaagd – zie ze daar bezig met hun iPad, hun Facebook-pagina updatend terwijl de rest van het stadion zingt – kan hij niet ontkennen. ‘Om eerlijk te zijn: de Engelse fans zijn evengoed heel de wedstrijd selfies aan het nemen. Dat hoort er tegenwoordig bij. Engels voetbal is een evenement geworden. Het lokt ook mensen die niet die ultieme verbondenheid met een club voelen.’

Dat de voetbaltoerist uitgerekend de ambiance afzwakt die hem naar de Engelse stadions lokte, Wesley Swinnen kan er zich iets bij voorstellen. ‘Je mag nog zo’n hevige Chelsea-supporter zijn: de eerste keer dat je Stamford Bridge bezoekt, zing je de liedjes niet van a tot z mee. Soms hoor ik reizigers zeggen dat de sfeer wat tegenvalt, zeker in de nieuwe megastadions die in Engeland zijn verrezen. Bij Arsenal stortte de ambiance in toen ze Higbury inruilden voor het Emirates Stadium, een mastodont van 60.000 zitjes – al merk ik zeker beterschap. Wie louter voor de sfeer gaat, raad ik de kleinere Engelse teams aan die nog in een authentiek stadion voetballen.’ De vurigste beleving vindt u naar verluidt bij Stoke City, een club die dan weer niet meteen beelden van flitsend voetbal oproept.

Big in Japan

Ironisch genoeg is ook de omgekeerde beweging ontstaan: Britse fans die naar het continent reizen om hier het authentieke, volkse voetbal te beleven, weg van het klatergoud van de Premier League. En dat voor een prijs die ze aan de overzijde van het Kanaal amper geloven. ‘Met Ryanair naar Milaan vliegen en een match van Inter meepikken is goedkoper dan een thuiswedstrijd van mijn eigen club’, lezen we op een Brits supportersforum.

Er bestaan zelfs voetbalreisgidsen die je wijzen op verborgen parels. Ons land blijkt een topbestemming te zijn. Het boek The Football Tourist: The Second Half beschrijft een zondagse trip door België van drie Engelse lads. In de namiddag pikken ze Eendracht Aalst – Antwerp mee. De auteur typeert de ervaring als een blij weerzien met het volkse voetbal van zijn jeugd. De urinoirs in de openlucht vindt hij een troef. ’s Avonds staat de derby tussen KV Kortrijk en Zulte Waregem op de agenda. ‘We moesten onszelf in de arm knijpen bij het schouwspel voor onze ogen: duizenden fans van de thuisclub, gekleed in rood en wit, maakten zich op om het stadion binnen te marcheren. Ze vuurden lichtkogels af, gooiden voetzoekers op de grond, en zwaaiden met hun sjaals alsof hun leven ervan afhing. Het zag eruit als the best night ever.’ De sfeer in het Guldensporenstadion vinden de drie ‘spine- tingling’ en de match zelf ‘zonder twijfel een van de beste derby’s in Europa’. In Kortrijk blijven Britten een curiosum, maar bij Club Brugge zijn ze al vaak gespot: de verplaatsing valt mee, en de stad is sowieso een begrip in Engeland.

Uiteraard hebben reisagenten de Britse hang naar betaalbaar continentaal voetbal opgemerkt. Packagedeals naar Spanje, Duitsland en Italië scoren het beste, maar ook de Nederlandse Eredivisie is een trekpleister.

Voor de Belgische eerste klasse gaat het zeker niet om enorme aantallen. Onze clubs hebben een andere manier om buitenlandse fans te lokken: ze kopen de juiste spelers aan. Het sterkste voorbeeld was Eiji Kawashima, de nationale doelman van Japan, die tussen 2010 en 2015 eerst bij Lierse en dan bij Standard Luik speelde. Zeker vijftig Japanners bleken voetbalgek genoeg om speciaal voor hem af te reizen uit het land van de rijzende zon – week na week. Standard nam wel maatregelen tegen de gillende tieners die elke dag rond het trainingsveld verzamelden, maar de club liet zijn website ook vertalen en verkocht de uitzendrechten van zijn wedstrijden aan een Japanse zender. Dat succes bleek moeilijk te reproduceren: Standard zou nog twee Japanners kopen, maar met hen is het nooit wat geworden.

Sinds twee weken voetbalt opnieuw een Japanse international in België: AA Gent kon Yuya Kubo strikken. De aanvallende middenvelder is de duurste transfer tot dusver voor de Gentenaars. ‘De inkt van zijn contract was nog niet droog of we werden al gevraagd: “Kunt u merchandising naar Japan verschepen?”‘ vertelt Serge Platel, commercieel directeur. ‘Dat ligt niet voor de hand, maar het zou van slecht beheer getuigen als we de commerciële mogelijkheden die Kubo biedt niet in kaart zouden brengen. Vooral op de sociale media hebben we werk: Kubo heeft op Twitter 20.000 volgers, vijf keer meer dan de officiële account van onze club. En we kunnen de routebeschrijving naar de Ghelamco Arena maar beter in het Japans verspreiden.’

Door JEF VAN BAELEN

Elk seizoen wonen 800.000 buitenlanders een wedstrijd bij in Engeland, goed voor 804 miljoen euro economische meerwaarde.

‘De populariteit van een Rode Duivel valt af te lezen aan onze boekingen. Dé hype is Atlético Madrid, met Yannick Carrasco.’ Wesley Swinnen (Travel2Sports)

‘Als jonge Britse supporters vervangen worden door dagjesmensen, vrees ik dat de clubs met hun toekomst spelen.’ David Chidgey (Chelsea Supporters Trust)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content